Naamsverandering

Een speedboot met een grote Duitse en een kleine Nederlandse vlag trekt met hoge snelheid een schuimend V­spoor in het smalle Pannerdensch Kanaal onder Doornenburg. Het drie verdiepingen tellende snelheidsmonster valt uit de toon in het landschap. De maatvoering vloekt met de omgeving: te breed, te hoog en vooral te lawaaiierig voor De Peppelgraaf.

Door Joop Brons

De dijk steekt met haar teen bijna in het water. In het talud staat een watermeter, waarop in diepblauw een schaalverdeling te zien is. Een roestplek ter hoogte van het streepje bij 16 meter herinnert nog aan de dreiging in februari 1995.
Een paar honderd meter verderop is een boer vrijwel onzichtbaar voor passanten aan het gieren. Maar ook zonder de man te zien is volstrekt duidelijk waar hij mee bezig is.
Aan de andere kant van de dijk trekt een haas een sprint over een weiland.
Twee keer onderbreekt hij zijn run om de omgeving te verkennen. Hij heeft de wijk genomen voor Hent Bongers die met zijn vlijmscherpe zeis de dijkhelling aan het bewerken is. Bongers woont hier sinds 1935 en is daarmee de nestor van De Peppelgraaf.
Hij kan zich nog de tijd herinneren dat het hele gebied De Peppelgraaf heette. Vlak na de oorlog werd de straat omgedoopt in Rijnstraat. Het nut van die naamsverandering heeft hij nooit ingezien. „Ik krijg nòg wel post die aan Bongers van De Peppelgraaf is gericht.” Bij wijze van naamsbescherming heeft hij een stuk of tien peppels (populieren) geplant bij zijn woning.
Toch is de naam niet helemaal in onbruik geraakt. ‘De Peppelgraaf’ staat nu te lezen op een uithangbordje aan een dijkwoning, de enige die tussen Doornenburg en Huissen aan de buitenkant van de dijk staat.
Het stukje dijk is een van de jongste uit het rivierengebied, aangelegd toen in het begin van de achttiende eeuw het Pannerdensch Kanaal werd gegraven. Het kanaal kwam in de plaats van de (oude) Rijn die op sommige plaatsen zo verzand was, dat er doorheen kon worden gelopen. In 1707 was het kanaal klaar. Tot opluchting van bijvoorbeeld Arnhem en Wijk bij Duurstede waar nagenoeg geen scheepvaartverkeer meer mee mogelijk was.
Oude kaarten geven aan dat huis De Peppelgraaf in 1681 nog lag op de plaats waar nu de Angerense steenfabriek De Scherpenkamp ligt. De naam is waarschijnlijk ontleend aan de combinatie van peppels en graaf, een woord dat in het Betuws nog wel wordt gebruikt voor een sloot.
Het toenmalige gebouw De Peppelgraaf was een veerhuis. Doornenburgers konden er iedere vrijdag (bij open water) inschepen op een markt­aak, voor een bezoek aan de markt in Arnhem.
De Peppelgraaf kreeg daarna een plaatsje hoog bovenaan de nieuwe dijk. Maar hier kreeg het veerhuis met andere problemen te kampen. In januari 1861 werd het gebouw door het kruiend ijs gedeeltelijk weggeschoven.
De bewoners lieten zich niet uit het veld slaan. Opnieuw werd De Peppelgraaf opgetrokken. Dat gebeurde waarschijnlijk door de voorouders van de familie Cornelissen, de huidige exploitanten van het anderhalve kilometer verderop gelegen veer en veerhuis in Doornenburg.
De Peppelgraaf is ook na de oorlog nog jarenlang schippershuis geweest, compleet met loswal en café. Totdat de laatste uitbater, Jan Nuy, er op z’n 75e mee kapte. Geen van zijn zoons wilde in zijn voetsporen treden. Sinsdien is het voormalige veerhuis nog enkele keren van functie en eigenaar veranderd. Ook nu staat het opvallende dijkhuis weer te koop.
Wonen aan de dijk kan blijkbaar niet vrij van zorgen. Daarover kunnen ook de bewoners van enkele huizen schuin tegenover De Peppelgraaf meepraten. Zij hebben inmiddels bericht gekregen dat hun huizen moeten wijken voor de dijkverzwaring.
Slopen is kennelijk onlosmakelijk verbonden met De Peppelgraaf. Daar helpt geen naamsverandering aan.

Op 26 juni 1996 stond deze aflevering van de serie Hel en Hemeltje in de editie Betuwe van De Gelderlander.